De honden pubertijd

Ergens tussen de 6 tot 12 maanden beland de puppy in zijn puberfase. Van een lief gehoorzaam hondje veranderd de pup ineens in een klein draakje. De jonge hond lijkt ineens doof te zijn voor de bevelen van het baasje, wat totaal onherkenbaar is voor de hondeneigenaar. Mocht je denken dat de pubertijd snel voorbij gaat, dan heb je het mis, de pubertijd kan duren tot de hond 4 jaar is.  

Gedrag

Gelukkig betekent de pubertijd niet dat je hond alleen maar ongehoorzaam is of bewust vervelend wil gaan doen. De pubertijd van de hond is kenmerkend door hormonen en angst. Hierdoor heeft de hond soms een wat mindere dag en kan hij anders reageren dan normaal. In de pubertijd leren honden nog ontzettend veel op zowel fysiek als mentaal vlak. In deze fase is het dan ook belangrijk om aan de band te werken tussen begeleider en hond.  Hierdoor kan de band groeien en is en ontstaat er ook meer wederzijds vertrouwen.

Begeleiding

Tijdens deze fase is het belangrijk om naar je hond te luisteren en te kijken waar jouw hond op dat moment behoefte aan heeft. Als de hond aangeeft dat hij genoeg heeft gehad, is het belangrijk dat je dan ook stopt. Het heeft geen zin om door te gaan met trainen tot de hond moe of afgeleid is. Ook als je ziet dat je hond op een bepaald moment geen zin meer heeft, zorg er dan voor dat jullie samen wat leuks gaan doen, zoals een wandeling of zorg voor een leuk spel met elkaar. Zo voorkom je frustratie en het is niet erg als het even niet lukt.

Lichamelijk

In de pubertijd is naast het veranderde gedrag ook de groeispurt een belangrijk onderdeel. Het groeien van de lichaamsonderdelen gaat vaak niet gelijkmatig, waardoor de hond even uit verhouding kan raken. Groeien kost voor de hond enorm veel energie, waardoor wandelen, spelen en trainen soms te veel energie kan kosten. Ook moet de jonge hond aan zijn nieuwe lichaam wennen. Daarbij kan de hond ook nog last krijgen van groeipijnen, waar de hond erg veel last van kan hebben. Ook hierbij is het belangrijk dat je de hond rust kan bieden en de wandeling kort houdt, niet laat spelen met anderen honden en geen ballen gooien.